Biografie (curriculum vitae) van Jan Bouterse
Bij de foto's
Links een luchtopname (van Google Earth) van Rottum. Aan de loop van de
sloten is te zien
dat de wierde en omgeving in de tachtigjarige oorlog als vesting was ingericht.
Rechts het kerkje van
Rottum, dat dateert uit het einde van de 19e eeuw. Rottum ligt in het
noorden van Groningen, niet ver van Kantens en Uithuizen. Rottum heeft een
lange geschiedenis: ooit stond er een heidense tempel, later een klooster.
Op de fundamenten daarvan werd de pastorie gebouwd waar ik in 1949 werd
geboren. Mijn vader was dominee in Rottum en het nabijgelegen Stitswerd.
In 1956 volgde een verhuizing naar het westen van het land, naar Vlaardingen. Daar bezocht
ik
de Gymnasium Beta-afdeling van het Groen van Prinstererlyceum, terwijl een muzikale basis werd gelegd door het volgen van pianolessen bij Ton Stolk. Deze zou vele jaren later vanwege zijn
bekende collectie muziekinstrumenten een onverwachte rol zou spelen bij mijn onderzoek naar de Nederlandse houtblaasinstrumenten en hun makers.
Van 1967 tot 1975 studeerde ik aan
de Landbouwuniversiteit in Wageningen; na een aanvankelijke tropische oriëntatie koos hij voor de hoofdvakken natuurbeheer en plantenecologie & vegetatiekunde. Na
mijn studie werkte
ik tot 1980 in verschillende functies, onder andere als leraar natuurbescherming en aanverwante vakken bij het hoger- en middelbaar beroepsonderwijs, als ecoloog bij biologisch
proefstation en bij een landelijke natuurbeschermingsorganisatie.
Tijdens de studie in Wageningen ontstond mijn belangstelling voor het spel op de blokfluit en later de traverso
(barok-dwarsfluit). Het vinden van een oude traverso, de daaropvolgende kennismaking met de collectie van muziekinstrumenten van het Haags Gemeentemuseum en het contact met enkele
amateurfluitenbouwers stimuleerden mij om zelf houtblaasinstrumenten te gaan maken. In 1982 besloot
ik dat beroepshalve te gaan doen, in de 'Werkplaats voor Oude Muziek' in
Zutphen.
In 1987 verhuisden wij naar Alphen a/d Rijn. Naast het bouwen en repareren
van met name blokfluiten ontstond nu ook meer tijd voor het verrichten van
wetenschappelijk onderzoek aan historische instrumenten. Dit resulteerde in
een aantal opdrachten voor het Haags Gemeentemuseum, zoals het meewerken aan
de uitgave van drie luxueus uitgegeven catalogi over de Nederlandse
houtblaasinstrumenten in de Haage collectie. Vanaf het begin van zijn werk
zaamheden heb ik cursussen gegeven en lezingen gehouden op het gebied van de
blokfluit- en traversobouw en zijn historische onderzoek. Daarnaast heb ik
een groot aantal artikelen over mijn werk en onderzoek geschreven, onder
andere voor De Bouwbrief en de FoMRHI-Quarterly. In 1990 volgde de uitgave
in eigen beheer van het boekje De blokfluit, handleiding voor aanschaf,
onderhoud, bijstemmen en kleine reparaties, waarvan twee jaar later bij de
firma Moeck een Duitse vertaling verscheen. Tussen 1990 en 1996 konden
dankzij enkele subsidies een groot aantal binnen- en buitenlandse collecties
bezocht worden om daar Nederlandse houtblaasinstrumenten te onderzoeken. Na
1996 volgde de arbeidsintensieve uitwerking van de gegevens van het
onderzoek. In januari 2001 werd het onderzoek naar de Nederlandse
houtblaasinstrumenten en hun bouwers besloten met de publicatie (op cd-rom)
en verdediging van een proefschrift, aan de Universiteit Utrecht. De Engelse
vertaling daarvan kwam gereed in 2005 en is uitgegeven (weer op cd-rom, met
een begeleidend boek.
In 2008 verscheen mijn Handleiding Flujitenbouw, waarin ik mijn ervaringen op het gebied van het bouwen (opmeten, repareren,
etc.) van blokfluiten, traverso's en barok-hobo's heb verzameld. Zie de
website-rubriek 'muziekinstrumenten' voor meer informatie over deze
publicaties.
Ondanks
het feit dat het onderzoek naar de muziekinstrumenten veel tijd en energie heeft gekost, heb
ik andere zaken niet vergeten. Momenteel ben ik redacteur van de Bouwbrief, het
orgaan van het Bouwerskontakt. Verder na 1980 activiteiten op het gebied van de muziekbeoefening (zingen in koren en cantorijen), natuurfotografie, vrijwilligerswerk op
mijn oude vakgebied
(gierzwaluwenwerkgroep, het bestuur van de stichting 'De Faunabescherming', de natuurbeschermingscommissie van de
KNNV (Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging) en binnen de kerk
(organisatie van 'leerhuizen' en cursussen voor de plaatselijke PKN-kerk). Verder bleef er nog voldoende tijd over om regelmatig aan sportbeoefening te doen, met als
letterlijk en figuurlijk hoogtepunt de deelname in 1993 aan de Swiss Alpine Marathon bij Davos.